Op station Veenendaal botste een reizigerstrein op een rangerende goederentrein. Er vielen tien lichtgewonden. Het ongeluk werd veroorzaakt doordat een seinlicht was gedoofd.
e reizigerstrein van Arnhem naar Utrecht raakte op station Veenendaal in botsing met een goederentrein, die werd gerangeerd via de hoofdbaan. Een aantal bagagewagons van de reizigerstrein ontspoorden, van de goederentrein werden drie wagens verbrijzeld. Twee andere goederenwagens raakten los, reden op snelheid door een stootjuk en ramden het stationsgebouw, dat daardoor beschadigd raakte. Tien reizigers raakten lichtgewond.
Het ongeval werd in de eerste plaats veroorzaakt doordat een seinlamp was uitgegaan, waardoor de reizigerstrein geen opdracht tot stoppen kreeg. De Arnhemsche Courant legde de schuld echter vooral bij de stationschef, die de seinlichten niet had gecontroleerd en daarnaast nooit toestemming tot rangeren had mogen geven terwijl hij wist van de naderende reizigerstrein.
Verder sprak de krant schande van de trage reactie van de spoorwegmaatschappij. Destijds was het gebruikelijk dat reddings- en medisch personeel per hulptrein werd aangevoerd, maar na dit ongeluk passeerde eerst nog een geplande reizigerstrein en pas om kwart over negen, bijna twee uur na de botsing, arriveerde de eerste hulptrein om de gestrande reizigers op te halen.
De stationschef werd later veroordeeld tot 45 dagen gevangenisstraf, "in eenzame opsluiting te ondergaan".
Bronnen
Vergelijkbare ongevallen
- Nijmegen 1979: Nabij de Kolpingbuurt in Nijmegen boorde een leegmaterieeltrein zich frontaal in een stoptrein. Acht mensen kwamen om het leven en er vielen tientallen gewonden.
- Hogebrug 1973: Bij Hogebrug reed een trein van Gouda naar Utrecht achterop een stilstaande goederentrein. Enkele bakken van de reizigerstrein kantelden en de machinist kwam om het leven. Het ongeluk werd veroorzaakt doordat het rode sein, dat de reizigerstrein had moeten tegenhouden, gedoofd was.
- Dubbeldam 1970: Bij Dubbeldam botsten twee reizigerstreinen achterop elkaar. Een van de twee was zonder toestemming een gedoofd sein gepasseerd. Er vielen twintig gewonden.
- Kijkuit 1912: Op het station van Kijkuit botste een reizigerstrein op een aantal goederenwagons, die door de wind het hoofdspoor op waren geblazen. De machinist kwam om het leven.
- Sliedrecht 1942: Op station Sliedrecht reed een passagierstrein vol in op een andere, stilstaande reizigerstrein, waarna er brand uitbrak. Achttien mensen kwamen om het leven. De ramp werd veroorzaakt dat een sein dat ten onrechte op veilig stond.
- Haarlem 1912: Bij station Haarlem botste een goederentrein op een stilstaande locomotief. Er vielen geen gewonden, maar de ravage was groot. De loc bleek op het hoofdspoor terecht te zijn gekomen door een verkeerde wisselstand.
- Zenderen 1972: Tussen Almelo en Hengelo reed een goederentrein achterop een andere, stilstaande goederentrein. Beide treinen ontspoorden. De voorste trein stond stil vanwege een defect en de achterste trein had toestemming gekregen om een rood sein te passeren.
- Amersfoort 1937: Bij station Amersfoort botste een binnenkomende goederentrein op een stilstaande. Diverse wagens werden vernield, maar er vielen geen gewonden. De goederentrein had een veilig sein gekregen terwijl het aankomstspoor niet vrij was.
- Bergen op Zoom 1906: Ten zuiden van station Bergen op Zoom reed een posttrein vol in op een rangerende goederentrein. Er vielen vijf gewonden. De posttrein had ten onrechte veilig sein gekregen.
- Schiedam 1952: In Schiedam botste een lege reizigerstrein op een stilstaande locomotief. De machinist raakte gewond. De botsing was veroorzaakt door een verkeerd seinbeeld.
Andere ongevallen in de buurt
- Veenendaal 2002 (2 km): In Veenendaal botste een internationale trein op een auto en de oplegger van een vrachtwagen. De bestuurder van de auto kwam daarbij om het leven. Twee wagens van de trein ontspoorden en er ontstond brand in de locomotief. Het ongeluk werd veroorzaakt door een fout bij werkzaamheden aan de overweginstallatie, waardoor deze niet in werking trad bij het naderen van de trein.
- Ede 1944 (3 km): In de nadagen van de Tweede Wereldoorlog ontspoorde bij Ede een trein met Duitse militairen, nadat verzetsleden het spoor hadden gesaboteerd. Er vielen 15 doden onder de inzittenden.
- Ede 1885 (4 km): Tussen Ede en Veenendaal ontspoorde de sneltrein uit Arnhem. Een conducteur kwam om het leven.
- Ede 1971 (5 km): Bij Ede ontspoorden vijftien wagens van een lege ertstrein, waarschijnlijk door een te hoge snelheid. Het spoor en vijf bovenleidingportalen werden vernield.
- Lunteren 1981 (6 km): Op station Lunteren wist een machinist, door de gladde rails, zijn trein niet op tijd voor een rood sein te stoppen. De trein gleed door en botste frontaal op een tegemoetkomende trein. Er vielen zes lichtgewonden.
- Ede 1938 (7 km): Op station Ede reed een trein uit Amersfoort door een rood sein en botste tegen de sneltrein Arnhem-Utrecht. Twee reizigers en een machinist raakten gewond.
- Ede-Wageningen 1949 (7 km): Bij station Ede-Wageningen ontspoorde door een materieeldefect een goederentrein, die daarop deels in brand vloog.
- Ede 1926 (7 km)
- Maarsbergen 1865 (12 km): Doordat de machinist van een goederentrein in de mist een sein had gemist, botste hij op station Maarsbergen tegen een stilstaande goederentrein. Een aantal wagens ontspoorden, maar er vielen geen gewonden. De conducteur van de stilstaande trein had op de achterste wagen dienst moeten doen, maar had zich verslapen en ontsnapte daarmee aan de dood.
- Barneveld 1963 (13 km): Bij Barneveld ontspoorde een goederentrein door een warmgelopen aspot. Er ontstond een enorme ravage en de schade aan het spoor bedroeg minstens fl. 600.000.